Als het licht uitvalt, zie je pas hoe automatisch je leeft

Gepubliceerd op 31 december 2025 om 09:07

Nu er buiten een hevige storm waait, zitten wij binnen rustig wat te bladeren door boeken of kijken we wat tv. Af en toe valt er een boom over de weg en pakken we de kettingzaag om de doorgang weer begaanbaar te maken. Mooi meegenomen: weer hout voor de komende winter.


Niet veel later merken we dat er een grote stroomstoring is.
Ach joh, dat zal zo wel verholpen zijn…


Voor het echt donker wordt, vullen we de houtvoorraad voor de open haard aan en leggen alvast wat kaarsen klaar. Gewoon, voor de zekerheid.


Hoppa — het licht gaat weer aan.
We gaan rustig verder.


Maar… net geen half uur later: opnieuw geen stroom.
En dit keer serieus.
Na twee uur nog steeds niets.
Na vier uur wordt het ineens heel zichtbaar wat comfort eigenlijk is.


Geen stromend water uit de bron.
Dus geen wc doorspoelen, niet douchen, geen afwas.
De koelkast houden we zo goed mogelijk dicht, anders kunnen we straks alles weggooien.


Bij het zoeken naar een spelletje drukken we achteloos op de lichtschakelaar.
Automatisch.
Zonder nadenken.


En dát is interessant.


Alles wat we normaal vinden, is ooit aangeleerd. Het zijn patronen geworden. Automatismen.
Je weet precies waar de lichtschakelaar zit, hoe hoog hij hangt en met welke hand je hem het snelst bedient.


Zo werkt gedrag ook.


Toen ik bij de politie werkte, deed ik handelingen zonder erover na te denken. Skills & drills.
Cristiano Ronaldo weet in een fractie van een seconde waar de bal gaat komen — zelfs terwijl het licht uitgaat, kopt hij ‘m nog raak. Ook dat zijn aangeleerde patronen.


Gedrag dat werkt.


Maar hier zit de crux:
Sommige patronen die we ooit hebben aangeleerd, werken niet meer. Ze zitten ons juist in de weg.


Angstgedrag.
Please-gedrag.
Vermijdingsgedrag.


Onbewuste patronen die ooit nuttig waren, maar nu vooral energie kosten.


Tijdens een reis in Noorwegen had ik iemand bij me met hoogtevrees. Onbewust deed ze álles om die angst in leven te houden. Honderd meter vóór een klein bruggetje kwamen de meest verschrikkelijke beelden op.
“Ik kan dit niet.”
“Dit ga ik echt niet doen.”
“Er zit geen reling!”


Er waren twee opties:
-De angst aangaan en de brug oversteken
-Door ijskoud gletsjerwater waden en met natte spullen verder


In haar hoofd leek het alsof ze de Kilimanjaro moest beklimmen.


In werkelijkheid was de brug 2 meter breed, 5 meter lang en 1,5 meter boven het water.
Het water? 20 cm diep. Alleen koud.


We veranderden de beelden in haar hoofd.
Niet de situatie — maar de beleving.


Een paar minuten later liep ze rustig over de brug.
Nog geen twee uur later stond ze boven op een rots met een ravijn van 700 meter onder zich.
En op de terugweg had ze niet eens door dat we wéér over diezelfde brug liepen.


Dit is hoe gedrag werkt.


We nemen gedrag aan omdat het ons op dat moment iets oplevert: veiligheid, aandacht, controle, troost. Soms worden we zó verknocht aan dat gedrag, dat we het gaan geloven.


“Ik heb hoogtevrees.”
“Ik heb smetvrees.”
“Ik ben bang voor de tandarts.”
“Ik kan niet stoppen met roken.”


Maar wat als het geen waarheid is…
maar een patroon?


Er zijn genoeg mensen bij wie het wél is gelukt.
Waarom zou het jou niet lukken?


De echte vraag is niet: kan ik veranderen?

Maar: wat levert het mij op om te blijven zoals ik nu ben?


En… durf jij het licht eens uit te doen?


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.